dBvision nieuwsbrief 2025-2026
Geluidruimte voor bedrijf of omgeving

Geluidruimte voor bedrijf of omgeving

Een goed woon- en leefklimaat én ruimte voor economische activiteiten: beide zijn onmisbaar in onze samenleving. Hoewel deze belangen soms botsen, zijn er vaak oplossingen te vinden die beide kunnen dienen. Voor een bedrijf in Apeldoorn, dat door een bestemmingsplanwijziging woningen tegenover zijn perceel zag verrijzen, hebben wij een betere inpassing onderzocht en dit succesvol verdedigd bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Maximale planologische mogelijkheden

Je hebt je bedrijf, met een daarbij horende omgevingsvergunning. Er gelden geluidgrenswaarden op een bedrijfswoning even verderop op het bedrijventerrein. Alles gaat prima. Maar je ziet die nieuwe woningen al recht tegenover je komen, en je weet: daar gaan vroeg of laat klachten vandaan komen. Temeer omdat de gemeente in het uitgevoerde geluidonderzoek niet is uitgegaan van de vergunde geluidruimte en daarbij horende activiteiten voor de representatieve bedrijfssituatie, maar van een ‘gemiddelde’ bedrijfssituatie met een veel kortere bedrijfsduur van je activiteiten. Daar bleek een verschil van 6 dB(A) in te zitten en dus een ernstige beperking (tot 75%!) van de bedrijfsvoering. Ofwel: er werd niet uitgegaan van de maximale planologische mogelijkheden, terwijl uit jurisprudentie keer op keer volgt dat juist dat het toetsingskader vormt. Ook werd er voor een afschermend gebouw naast de bestaande externe bedrijfswoning een sloopvergunning aangevraagd, wat de zaak extra gecompliceerd maakte.

Zienswijzen, beroep en de STAB

Het indienen van zienswijzen leverde de eerste nodige wijziging in het bestemmingsplan: een extra geluidscherm naast het bedrijf. Dat verhielp weliswaar een deel van het probleem, maar de belangrijkste geluidbron werd er vrijwel niet door afgeschermd. En die kon om logistieke redenen ook niet zomaar verplaatst worden achter het scherm. Samen met Halsten Advocaten hebben we het bedrijf geholpen bij het instellen van een beroep bij de Afdeling Bestuursrecht van de Raad van State. Met diverse berekeningen hebben we aangetoond wat de gevolgen voor het bedrijf zijn als we de bestaande maximale planologische mogelijkheden toepassen op de situatie met de nieuwe woningen. De geluidbelasting werd er, ook met het geluidscherm, hoger dan 55 dB(A): een situatie die je niet zonder onderbouwing en eventuele extra (gevel)maatregelen kunt bestemmen als een goed woon- en leefklimaat. Ook de STAB, het technisch adviesorgaan dat de Raad van State heeft ingezet, kwam tot deze conclusie.

Omgevingswet-proof

Intussen zijn we in afwachting van een uitspraak van de Afdeling. Mogelijk leidt dit tot een oplossing waarin het geluidscherm wordt opgehoogd en een hogere geluidbelasting op de nieuwbouw wordt toegestaan. De gemeente kan deze hogere geluidbelastingen in de vergunning en vervolgens in het permanente deel van het Omgevingsplan vastleggen, zodat we Omgevingswet-proof de toekomst in kunnen.

Wetgeving Industrie